Leestijd: 4 minuten

Als je gezonder wilt leven, fitter wilt worden of af wilt vallen, draait alles om energiebalans.
Oftewel: hoeveel calorieën gaan erin, en hoeveel verbrand je?

Dat klinkt simpel – maar het gaat in de praktijk vaak mis. Zeker als je druk bent, veel ballen in de lucht houdt en eten ‘even tussendoor’ gebeurt.

Geen inzicht = geen grip = geen resultaat.
1 Alles wat je eet of drinkt bevat calorieën: dat is je input.
2 De “output” is de energie die je verbrandt, zowel door te sporten als door dagelijkse activiteiten en basisfuncties.

                                                                      
Input
1 De calorieën die je binnenkrijgt via voedsel en drank vormen de “input” in de energiebalans vergelijking.

Elk stukje fruit, elke maaltijd, elke snack draagt bij aan de hoeveelheid energie die je lichaam tot zijn beschikking heeft. Deze energie is nodig voor alles wat je lichaam doet—van je hart laten kloppen tot het tillen van gewichten in de sportschool.

Output
2 Je lichaam gebruikt altijd energie, zelfs in rust.
Dit proces wordt beïnvloed door verschillende factoren:

#1 Basic Metabolic Rate (BMR): En is het absolute minimum aan energie die je nodig hebt om in leven te blijven, los van beweging of activiteit. Zelfs als je de hele dag in bed ligt of in coma zou zijn, zou je lichaam nog steeds energie verbruiken om al die processen draaiende te houden.
#2 Non-Exercise Activity Thermogenesis (NEAT): Calorieën verbrand door dagelijkse activiteiten zoals lopen en huishoudelijke taken.
#3 Thermisch Effect van Voedsel (TEF): De energie die je lichaam gebruikt om voedsel te verteren en te verwerken. Eiwitten hebben een hoger thermisch effect dan vetten en koolhydraten, wat betekent dat je meer calorieën verbrandt bij het verwerken van eiwitten. Doe hier je voordeel mee :)
#4 Exercise Activity Thermogenesis (EAT): De energie die je verbrandt door gestructureerde lichaamsbeweging, zoals trainen of sporten. Dit is vaak de meest flexibele factor die je zelf kunt beïnvloeden.

Het geheim der geheimen: Afvallen of aankomen?
Men maakt het echt moeilijker dan het is - eenmaal dit door hebben. Kan je voor de rest van je leven je gewicht beheersen. Maar hoe?

Afvallen: Eet minder calorieën dan je verbrandt om vetreserves aan te spreken.
Aankomen: Eet meer calorieën dan je verbrandt om energie te gebruiken voor spiergroei en herstel. (En beweeg zo min mogelijk, niet aan te raden..)

Voor je lichaam maakt het echt geen hol uit of die calorieën uit een vette pizza komen of uit een vrachtwagen vol sla. Let op: dit geldt puur binnen het principe van afvallen of aankomen, en zegt dus niets over gezondheid.

Spieren versus vet:
1 kilo vet en 1 kilo spier wegen natuurlijk evenveel, maar qua volume is het verschil enorm:

Vet is zachter, minder dicht van structuur en neemt dus veel meer ruimte in. Denk aan het formaat van een grote grapefruit tot kleine meloen.

Spier is veel compacter en steviger. 1 kilo spier past qua volume eerder in iets als een grote avocado of dikke sinaasappel.

Dus zelfs als je gewicht op de weegschaal nauwelijks verandert, kan je lichaam er totaal anders uitzien.

Meer spier, minder vet = strakker lijf, hogere verbranding en meer energie.
Wil absoluut ook niet zeggen dat vet niet functioneel is, maar te veel vet (vooral wit buikvet) kan je gezondheid in de weg zitten. En we leven ook niet meer in de prehistorie, toch?

Op dit moment zitten we vooral veel, eten makkelijker, bewegen minder en krijgen we veel meer binnen dan we verbruiken.

Simpel!